Vertalingen régler FR>NL
[ʀegle]1 trouver une solution, une fin à ··· - regelen
'régler un problème'
een probleem oplossen2 payer - betalen
'régler l'addition'
afrekenen
'régler en espèces'
contant betalen3 modifier ··· pour qu'il fonctionne bien - afstellen
'régler un réveil'
een wekker instellen
'régler le son'
het geluid afstellen© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
régler (ww.) | effenen (ww.) ; verrekenen (ww.) ; uitpraten (ww.) ; ruzie afsluiten (ww.) ; regelen (ww.) ; oplossen (ww.) ; nabetalen (ww.) ; klaren (ww.) ; instellen (ww.) ; inlossen (ww.) ; genoegdoen (ww.) ; gelijkschakelen (ww.) ; egaliseren (ww.) ; bijstellen (ww.) ; afstemmen (ww.) ; afstellen (ww.) ; afrekenen (ww.) ; afdoen (ww.) ; afbetalen (ww.) ; aanzuiveren (ww.) |
régler | effenen ; wijzigen ; regelen ; liniëren ; justeren ; fijn afstellen |
Bronnen: interglot; Wikipedia; cibg.be; Download IATE, European Union, 2017.; ICT-Woordenboek; Diving dictionary
Voorbeeldzinnen met `régler`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: accorderFR: acquitterFR: ajusterFR: aménagerFR: arrêterFR: codifierFR: conformerFR: convenirFR: déciderFR: déterminerUitdrukkingen en gezegdes
FR: régler son compte à quelqu'un.
NL: met iemand afrekenen