Vertalingen couleur FR>NL
[kulœʀ]1 aspect des choses que l'on voit - kleur
'De quelle couleur sont ses yeux ?'
Welke kleur hebben haar ogen?
'un pull de toutes les couleurs'
een trui in alle kleuren
'un film en couleur'
een kleurenfilm2 marque des cartes à jouer - kleur
'Trèfle et pic sont des couleurs.'
Klaver en schoppen zijn kleuren.© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
couleur (v) | de kleur ; het kleurtje ; de tint ; de toon (m) |
couleur | eikleur ; kleur ; metaalgieter |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `couleur`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: casaqueFR: colorantFR: colorationFR: colorisFR: drapeauFR: maillotFR: marqueFR: nuanceFR: patronageFR: pavillonUitdrukkingen en gezegdes
FR: changer de
couleur
NL: verbleken, blozenFR: homme de
couleur
NL: kleurlingFR: couleur voyante
NL: opzichtige kleurFR: couleurs à l'eau
NL: waterverfFR: couleurs à l'huile
NL: olieverf