Vertalingen atteindre FR>NL
[atɛ̃dʀ]1 arriver quelque part - bereiken
'atteindre le sommet d'une montagne'
de top van een berg bereiken2 réussir, parvenir à - bereiken
'atteindre son objectif'
zijn doel bereiken3 aller jusqu'à, s'élever à - bereiken
'atteindre le chiffre de mille euros'
een omzet van duizend euro halen4 toucher avec une arme - raken
'atteindre une cible'
een schijf raken© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
atteindre (ww.) | uitkomen bij (ww.) ; komen tot (ww.) ; ontroeren (ww.) ; penetreren in (ww.) ; raken (ww.) ; realiseren (ww.) ; resulteren (ww.) ; slaan op (ww.) ; terechtkomen (ww.) ; doordringen (ww.) ; uitvloeien in (ww.) ; vergaan (ww.) ; verkrijgen (ww.) ; verlopen (ww.) ; verstrijken (ww.) ; vervallen (ww.) ; voorbijgaan (ww.) ; winnen (ww.) ; betreffen (ww.) ; aangaan (ww.) ; aankomen (ww.) ; aflopen (ww.) ; arriveren (ww.) ; behalen (ww.) ; bereiken (ww.) ; beroeren (ww.) |
atteindre | bedragen ; waarmaken ; verwerven ; uitmaken ; uitgroeien tot ; schaden ; pakken ; oplopen tot ; halen |
Bronnen: interglot; Omegawiki.org; ICT-Woordenboek; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `atteindre`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: aboutir