Vertaal
Naar andere talen: • vociferar > DEvociferar > ENvociferar > FR
Vertalingen vociferar ES>NL

I vociferar

werkw.
Uitspraak:  [boɑuifeaɾ]

hablar con un tono de voz elevado, especialmente a causa de un enfado - schreeuwen
Cuando se enoja, el jefe vocifera. - Als de baas boos wordt, schreeuwt hij.


II vociferar

werkw.

dar a conocer una noticia con presunción - opschepperig verkondigen
Les vociferaba a sus amigos que lo habían ascendido. - Hij verkondigde opschepperig aan zijn vrienden dat hij een promotie had gekregen.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
vociferar (ww.) juichen (ww.) ; vloeken (ww.) ; uitvaren tegen (ww.) ; tieren (ww.) ; tetteren (ww.) ; tekeergaan (ww.) ; schreeuwen (ww.) ; schetteren (ww.) ; razen (ww.) ; luidkeels iets verkondigen (ww.) ; krijsen (ww.) ; ketteren (ww.) ; blaffen (ww.) ; jubelen (ww.) ; janken (ww.) ; huilen (ww.) ; gillen (ww.) ; fulmineren (ww.) ; foeteren (ww.) ; daveren (ww.) ; bulderen (ww.) ; brullen (ww.) ; blèren (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `vociferar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: agredir de palabra
ES: ajear
ES: aullar
ES: balar
ES: berrear
ES: blasfemar
ES: bramar
ES: chillar
ES: chirriar
ES: clamar