Vertalingen venta ES>NL
la venta
zelfst.naamw.
1) acción y efecto de dar a alguien una cosa a cambio de una suma de dinero -
verkoop | Acordaron la venta del inmueble en doscientos mil pesos. - Ze hebben de verkoop van het onroerende goed afgesproken voor tweehonderd duizend peso. |
2) cantidad total de las ventas de una empresa o comercio -
afzet | Las ventas disminuyeron grandemente el mes pasado. - De afzet is de vorige maand enorm gezakt. |
3) antigua posada ubicada a orillas de un camino para hospedaje de viajeros -
herberg | Los peregrinos descansaron en una venta. - De bedevaartgangers rustten uit in een herberg. |
 en venta
(=se dice de las cosas que se ofrecen a quien las quiera comprar) - te koop
Puso su bicicleta en venta. - Hij bood zijn fiets te koop aan.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| la venta (v) | de afzet (m) ; bar (znw.) ; buitencafé (znw.) ; het café ; de knijp ; de kroeg ; de lokaliteit (v) ; de omzet (m) ; de tapperij (v) ; de taveerne ; de uitspanning (v) ; de verkoop (m) |
| venta | afsplitsing ; desinvestering ; kleinhandel |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `venta`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: apuroES: barES: barraES: brazaderaES: bufeES: caféES: canillaES: casa de huéspedesES: cepoES: cifra de ventas
