vecindad - Vertaling Spaans-Nederlands

Vertalingen vecindad ES>NL

la vecindad

zelfst.naamw.

Uitspraak:

1) conjunto de las personas que viven en un mismo edificio, barrio o municipio - buurtbewoners , buurt

Hay reglas de convivencia que facilitan la vida en la vecindad. - Er zijn leefregels die het het leven in de buurt vergemakkelijken.

2) proximidad de dos o más cosas en el espacio o el tiempo - nabijheid

Se podía sentir la vecindad del conflicto. - De nabijheid van het conflict was voelbaar.

Overige bronnen

la vecindad (v)	de buurt (v) ; huurwoning ; het kwartier ; de nabijheid (v) ; wijk
vecindad	nabuurschap

Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.

Voorbeeldzinnen met `vecindad`

Voorbeeldzinnen laden....

Synoniemen

ES: acercamiento
ES: adyacencia
ES: aproximación
ES: barrio
ES: cercanía
ES: inminencia
ES: propincuidad
ES: proximidad