Vertaal
Naar andere talen: • truncar > DEtruncar > ENtruncar > FR
Vertalingen truncar ES>NL
truncar (ww.) afhakken (ww.) ; afkappen (ww.) ; beknotten (ww.) ; bekorten (ww.) ; inkorten (ww.) ; inperken (ww.) ; knotten (ww.) ; kortwieken (ww.) ; verkorten (ww.)
truncar afkappen ; couperen
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `truncar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: amputar
ES: cortar
ES: limitar
ES: mutilar
ES: recortar