Vertalingen recurrir ES>NL
I recurrir
werkw.
buscar ayuda en una persona o cosa -
een beroep doen Recurrió a la justicia para recuperar sus bienes. - Hij deed een beroep op de justitie om zijn goederen terug te krijgen. |
II recurrir
werkw.
entablar un recurso contra una decisión judicial -
in (hoger) beroep gaan recurrir una ley - in hoger beroep gaan tegen een wet |
III recurrir
werkw.
volver a aparecer una enfermedad -
terugkeren recurrir una fiebre - terugkeren van een koorts |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
recurrir (ww.) | appèl aantekenen (ww.) ; appelleren (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `recurrir`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: apelarES: apelar aES: interponer recursoES: interponer recurso contraES: protestarES: reclamarES: recurrir a