Vertalingen predecesor ES>NL
el/la predecesor, -ra
zelfst.naamw.
1) persona que antecede a otra en un cargo -
voorganger, voorgangster Mi predecesor dejó las finanzas de la empresa en rojo - Mijn voorganger heeft de financiën van het bedrijf in rode cijfers gebracht. |
2) individuo del que desciende otro -
voorouder Respeto el legado de mis predecesores. - Ik respecteer het legaat van mijn voorouders. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
el predecesor (m) | de verkondiger (m) |
predecesor | voorganger |
Bronnen: interglot; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `predecesor`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: antecesorES: curaES: oradorES: pastorES: pastor protestanteES: precursor