Vertalingen observar ES>NL
I observar
werkw.
1) mirar atentamente -
bekijken observar una pintura - een schilderij bekijken |
2) mirar algo con cautela -
bestuderen El ladrón pasó varios días observando la casa. - De dief kwam verschillende dagen langs om het huis te bestuderen. |
II observar
werkw.
1) darse cuenta de algo -
opmerken Observó que el vecino había cambiado la decoración del jardín. - Hij merkte op dat de buurman de inrichting van de tuin had veranderd. |
2) dar a conocer algo mediante palabras -
signaleren El autor observa en el capítulo 3 que es un procedimiento curioso. - De auteur signaleert in hoofdstuk 3 dat het een merkwaardige procedure is. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
observar (ww.) | observeren (ww.) ; toezien (ww.) ; toeschouwen (ww.) ; toekijken (ww.) ; staren (ww.) ; signaleren (ww.) ; schouwen (ww.) ; opmerken (ww.) ; opletten (ww.) ; onderscheiden (ww.) ; aanblikken (ww.) ; merken (ww.) ; horen (ww.) ; bespeuren (ww.) ; bemerken (ww.) ; bekrachtigen (ww.) ; aanschouwen (ww.) ; aanmerken (ww.) ; aankijken (ww.) |
Bronnen: Wikipedia; interglot
Voorbeeldzinnen met `observar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: abarcar con la vistaES: acceder aES: aconsejarES: acreditarES: actuar segúnES: advertirES: anunciarES: atenderES: atender aES: atenerse a