Vertalingen luchar ES>NL
luchar
werkw.
1) enfrentarse una persona con otra utilizando la fuerza u otros medios, con el fin de vencerla -
strijden Los guerreros lucharon sin tregua. - De strijders vochten onophoudelijk. |
2) tratar de erradicar algo -
(be)strijden luchar contra los vicios - strijden tegen de verslavingen |
3) esforzarse por conseguir algo -
vechten Luchamos contra la contaminación y por el medio ambiente. - We vechten tegen de vervuiling en voor het milieu. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
luchar (ww.) | bekampen (ww.) ; bestrijden (ww.) ; bevechten (ww.) ; kampen (ww.) ; kleunen (ww.) ; strijd voeren (ww.) ; strijden (ww.) ; vechten (ww.) ; worstelen (ww.) |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `luchar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: altercarES: batallarES: batirseES: batirse en dueloES: boxearES: bregarES: combatirES: competirES: contenderES: disputar