Vertalingen ingerir ES>NL
ingerir (ww.) | binnenkrijgen (ww.) ; doorslikken (ww.) ; innemen (ww.) ; inslikken (ww.) ; medicijn innemen (ww.) ; opslokken (ww.) ; slikken (ww.) ; zwelgen (ww.) |
ingerir | bikken |
Bronnen: interglot; Omegawiki.org
Voorbeeldzinnen met `ingerir`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: alimentarseES: almorzarES: atiborrarseES: atracarseES: cenarES: comerES: comerseES: consumirES: desayunarES: devorar