1. MWB
  2. Vertalen
  3. informal (ES>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • informal > DE • informal > EN • informal > FR
Vertalingen informal ES>NL

informal

bijv.naamw.
Uitspraak:  [infoɾ'mal]

1) que no cumple sus compromisos - onverantwoordelijk
un empleado informal - een onverantwoordelijke werknemer

2) que no está sujeto a reglas protocolares o ceremoniales - ongedwongen
una cena informal - een ongedwongen diner

3) que es propio de las relaciones familiares o amistosos - informeel
mantener una charla informal - een informeel praatje houden

4) que se usa más por comodidad que por elegancia - informeel
una falda informal - een informele rok

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
informal familiair ; informeel ; makkelijk in de omgang ; niet officieel ; nonchalant ; officieus ; onbevestigd ; onofficieel ; tutoyerend ; voorlopig ; vrijblijvend ; zijdelings
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `informal`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: casual
ES: confianzudo
ES: dejado
ES: descuidado
ES: despreocupado
ES: desproecupado
ES: familiar
ES: inconstante
ES: incumplidor
ES: indiferente