1. MWB
  2. Vertalen
  3. ilusión (ES>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • ilusión > DE • ilusión > EN • ilusión > FR
Vertalingen ilusión ES>NL

la ilusión

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ilu'sjon]

1) esperanza de que algo que se anhela o se persigue suceda o tenga lugar - illusie
Tiene la ilusión de verlos antes de que llegue el invierno. - Hij heeft de illusie om hen te zien voordat het winter intreedt.

2) sentimiento de gran alegría que produce el logro de algo que se desea intensamente - verheugenis
Me hizo mucha ilusión verte después de tanto tiempo. - Ik verheugde me erop om je na zo´n lange tijd te zien.

3) percepción equivocada de la realidad causada por un engaño de los sentidos - schijnbeeld
Creyó verla en el bosque, pero era sólo una ilusión. - Hij dacht haar in het bos te zien, maar het was slechts een schijnbeeld.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
la ilusión (v) de schijn (m) ; de zinsbegoocheling (v) ; de wensdroom (m) ; het wensdenken ; de waanvoorstelling (v) ; de waanidee (v) ; het waandenkbeeld ; het waanbeeld ; de waan (m) ; voorspiegeling (znw.) ; de verbeelding (v) ; de utopie (v) ; het spookbeeld ; het schijnbeeld ; de luchtspiegeling (v) ; inbeelding (c) ; de illusie (v) ; de heilstaat (m) ; de hallucinatie (v) ; de fata morgana ; de fantasie (v) ; het droombeeld ; de droom (m) ; het drogbeeld ; anamorfose (znw.)
ilusión illusie ; pareidolie
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `ilusión`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: alucinación
ES: ambición
ES: aspiración
ES: ensoñación
ES: ensueño
ES: facultad de inventar
ES: fantasía
ES: ficción
ES: figuraciones
ES: idea