Vertalingen entristecer ES>NL
I entristecer
werkw.
1) causar pena o melancolía -
bedroefd maken La música clásica entristece a mi padre. - De klassiek muziek maakt mijn vader bedroefd. |
2) dar aspecto triste -
treurig maken La falta de habitantes entristece las casas. - Het gebrek aan inwoners maakt de huizen treurig. |
II entristecerse
werkw.
afligirse por algún motivo una persona -
droevig worden entristecerse con las despedidas - droevig worden door het afscheid |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
entristecer (ww.) | bedroeven (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `entristecer`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: abatirES: acibararES: acongojarES: afligirES: amargarES: apenarES: apesadumbrarES: atormentarES: contristarES: decaer