Vertaal
Naar andere talen: • embalar > DEembalar > ENembalar > FR
Vertalingen embalar ES>NL

I embalar

werkw.
Uitspraak:  [emba'laɾ]

colocar objetos que han de trasladarse en envoltorios - (in)pakken
embalar vajilla - serviesgoed inpakken


II embalarse

werkw.
Uitspraak:  [emba'laɾse]

1) aumentar la velocidad en gran medida - versnellen
El tren se embaló. - De trein versnelde.

2) dejarse llevar por un sentimiento o deseo - zich laten meeslepen
Me embalo con todo aquello que parezca una aventura. - Ik laat me meeslepen door alles wat op een avontuur lijkt.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
embalar (ww.) emballeren (ww.) ; inpakken (ww.) ; inpalmen (ww.) ; inwikkelen (ww.) ; verpakken (ww.)
embalar inpakken
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `embalar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: abrigar con algo
ES: empaquetar
ES: encapsular
ES: envolver