Vertalingen efectivo ES>NL
I efectivo, -va
bijv.naamw.
Uitspraak: | [efek'tiβo, -βa] |
1) que produce el efecto esperado -
doeltreffend una decisión efectiva - een doeltreffend besluit |
2) que es real y verdadero -
daadwerkelijk La compra será efectiva sólo cuando paguen. - De koop zal alleen van kracht zijn als ze betalen. |
hacer efectivo (=llevar a cabo una acción) - uitvoeren
Se hizo efectiva la primera parte del plan de vacunación infantil. - Het eerste gedeelte van het kindervaccinatieprogramma werd uitgevoerd.
|
3) que es de carácter fijo -
vast un cargo efectivo - een vaste functie |
II el efectivo
zelfst.naamw.
1) dinero en billetes y monedas -
contant geld pagar con efectivo - met contant geld betalen |
hacer efectivo (=realizar el pago o el cobro de una cantidad de dinero) - uitvoeren
hacer efectivo un embargo judicial - een gerechtelijk beslag uitvoeren
|
2) oficial de alguna fuerza policial -
lid efectivos de un grupo comando - leden van een commandogroep |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
el efectivo (m) | het geld ; contanten (p) ; de cash (m) ; baar |
efectivo | in werkelijkheid ; werkelijk ; warempel ; waarachtig ; waar ; reëel ; metterdaad ; met een krachtige uitwerking ; krachtig ; in feite ; heus ; feitelijk ; efficiënt ; effectief ; echt ; doeltreffend ; doelmatig ; daadwerkelijk ; chartaal geld ; werkzaam ; contant geld |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `efectivo`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: a fin de cuentasES: activoES: apropiadoES: billetes de bancoES: cambioES: capitalES: ciertamenteES: contanteES: de hechoES: de todas maneras