Vertaal
Naar andere talen: • afanarse > DEafanarse > ENafanarse > FR
Vertalingen afanarse ES>NL
afanarse (ww.) aanpoten (ww.) ; afbeulen (ww.) ; afjakkeren (ww.) ; afsloven (ww.) ; flink aanpakken (ww.) ; hard werken (ww.) ; ijveren (ww.) ; ploeteren (ww.) ; sappelen (ww.) ; sloven (ww.) ; streven (ww.) ; uitsloven (ww.) ; zich afsloven (ww.) ; zich uitsloven (ww.) ; zwoegen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `afanarse`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: abismarse
ES: absorberse
ES: ajetrearse
ES: ambicionar
ES: andar de coronilla
ES: aplicarse
ES: aspirar
ES: aspirar a
ES: consagrarse
ES: dedicarse