Vertalingen absolver ES>NL
absolver
werkw.
1) perdonar los pecados -
vergeven absolver al penitente - de biechteling vergeven |
2) declarar inocente a alguien -
vrijspreken absolver al acusado - de verdachte vrijspreken |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
absolver (ww.) | dechargeren (ww.) ; kwijtschelden (ww.) ; onschuldig verklaren (ww.) ; ontheffen (ww.) ; ontlasten (ww.) ; ontslaan van een verplichting (ww.) ; vergeven (ww.) ; vrijpleiten (ww.) ; vrijspreken (ww.) ; vrijstellen (ww.) ; zuiveren (ww.) |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `absolver`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: condonarES: conmutarES: declarar inocenteES: desahogarES: descargarES: disculparES: dispensar deES: exculparES: excusarES: eximir