Vertaal
Naar andere talen: • abortar > DEabortar > ENabortar > FR
Vertalingen abortar ES>NL

I abortar

werkw.
Uitspraak:  [aβoɾˈtaɾ]

1) interrumpir o perder un embarazo - aborteren
La mujer abortó. - De vrouw heeft abortus gepleegd.

2) fracasar o interrumpir cierto emprendimiento - afbreken
El proyecto abortó. - Het project is stopgezet.


II abortar

werkw.

1) causar el fracaso de algo - verijdelen
La policía abortó un ataque con armas químicas. - De politie heeft een aanval met chemische wapens verijdeld.

2) hacer que una cosa empezada no finalice - afbreken
abortar el programa - Het programma afbreken

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
abortar (ww.) vruchtafdrijven (ww.)
abortar abnormale beëindiging ; afbreken ; uitgooien ; verwerpen
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `abortar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: estropearse
ES: fallar
ES: fracasar
ES: frustrarse
ES: malograr
ES: venirse abajo