Vertaal
Naar andere talen: • concha > DEconcha > ENconcha > FR
Vertalingen concha ES>NL

la concha

zelfst.naamw.
Uitspraak:  ['kontʃa]

1) caparazón de los moluscos acuáticos o terrestres dierkunde - schelp
Habían conchas en toda la playa. - Er lagen schelpen over het hele strand.

2) material rígido extraído del caparazón de la tortuga - hoorn
Compré una peineta de concha. - Ik heb een hoornen sierkam gekocht.

3) mueble ubicado en el proscenio de un escenario usado por el apuntador theater - souffleurshokje
Los actores miraban al apuntador en la concha. - De acteurs keken naar de souffleur in het hokje.

4) cavidad de la oreja donde comienza el canal auditivo anatomie - oorschelp
concha auditiva - oorschelp

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
la concha (v) het huisje ; de kut (v) ; de omhulling (v) ; de schaal ; de schelp (v) ; de schulp
concha deksel ; fundatie ; schelp ; schildpad ; vormaad
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `concha`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: alojamiento
ES: bandeja
ES: capa
ES: casilla
ES: casita
ES: casita de campo
ES: casquillo
ES: casucha
ES: choza
ES: corteza