Vertaal
Naar andere talen: • abofetear > ENabofetear > FRabofetear > NL
Vertalingen abofetear ES>DE
abofetear (ww.) dreschen (ww.) ; hart schlagen (ww.) ; hauen (ww.) ; hämmern (ww.) ; rammen (ww.) ; schlagen (ww.) ; verkloppen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `abofetear`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: aporrear
ES: cachetear
ES: golpear
ES: pegar