coins or banknotes used in trading: “Have you any money in your purse?”
geld

'money-box (Zelfstandig naamwoord)

a box for saving money in.
spaarpot

'moneylender (Zelfstandig naamwoord)

a person who lends money and charges interest.
geldschieter

lose/make money

to make a loss or a profit: “This film is making a lot of money in America.”
geld verliezen, geld verdienen
© K Dictionaries Ltd.

the money	de centen ; de doekoe ; de duit ; de duiten ; het geld ; de geldstukken ; de poen (m)
money	geld ; money ; munt ; valuta

Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; MWB; Omegawiki.org




EN: assets
EN: backing
EN: booty
EN: burial
EN: business
EN: cache
EN: capital
EN: cash
EN: coinage
EN: coins

EN: money makes the mare to go NL: geld is de ziel van de negotie
EN: make money NL: geld verdienen
EN: coin money NL: vlot geld verdienen
EN: that's not my money NL: dat is niets voor mij
EN: this business is money for jam NL: (sl.) deze zaak levert ons veel geld op voor weinig moeite
EN: cheap at the money NL: goedkoop voor het geld
EN: for money NL: contant
EN: A for my money NL: (spreektaal) geef mij maar A!
EN: they are made of money NL: ze bulken van het geld
EN: in the money NL: rijk
EN: I was out of money NL: ik zat slecht bij kas
EN: put money into NL: investeren in
EN: money talks NL: je kunt zien waar het geld zit