Vertalingen mask EN>NL
something, eg a covering resembling a face, used for hiding or protecting the whole or part of the face: “The thief wore a black mask”maskerto hide or disguise: “He managed to mask his feelings.”verbergen© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
to mask | afplakken (ww.) ; versluieren (ww.) ; verhullen (ww.) ; omhullen (ww.) ; mombakkes (ww.) ; mom (ww.) ; maskeren (ww.) ; inhullen (ww.) ; hullen (ww.) ; gezichtsmasker (ww.) ; bemantelen (ww.) ; bedekken (ww.) ; afschermen (ww.) ; afdekken (ww.) |
the mask | het masker |
mask | afdekken in de zin van 'maskeren' ; verbloemen ; verbergen ; narcosekapje ; maskeren ; masker ; kap ; gradiënt-operator ; dekmantel ; bewimpelen ; afplakken vóór het lakspuiten |
Bronnen: Vlietstra; interglot; Wakefield genealogy pages; Autowoordenboek; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `mask`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: blanketEN: camouflageEN: cloakEN: concealing outfitEN: costumeEN: coverEN: coveringEN: curtainEN: face packEN: masqueradeUitdrukkingen en gezegdes
EN: masked ball
NL: gemaskerd bal