1. MWB
  2. Vertalen
  3. fizz (EN>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • fizz > DE • fizz > ES • fizz > FR
Vertalingen fizz EN>NL
(of a liquid) to release or give off many small bubbles: “I like the way champagne fizzes.”
opbruisen
the sound made or the feeling in the mouth produced by this: “This lemonade has lost its fizz.”
gebruis

'fizzy (Bijvoeglijk naamwoord)

mousserend
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
to fizz mousseren (ww.) ; opbruisen (ww.) ; sprankelen (ww.) ; tintelen (ww.)
fizz geborrel ; gebruis ; voorbeitsbad
Bronnen: interglot; Wikipedia; Vlietstra


Voorbeeldzinnen met `fizz`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: boil
EN: bubble
EN: buzz
EN: crackle
EN: effervesce
EN: gurgle
EN: hiss
EN: simmer
EN: sizzle
EN: sparkle