Vertalingen discuss EN>NL
to talk about: “We had a meeting to discuss our plans for the future.”besprekendi'scussion (Zelfstandig naamwoord)(an act of) talking about something: “I think there has been too much discussion of this subject”bespreking, discussie to discuss (not discuss about) a problem.
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
to discuss | doordiscussiëren (ww.) ; uitpraten (ww.) ; spreken over (ww.) ; spreken (ww.) ; ruzie bijleggen (ww.) ; praten over (ww.) ; praten (ww.) ; overleggen (ww.) ; overleg voeren (ww.) ; onderwerp behandelen (ww.) ; doorspreken (ww.) ; doorpraten (ww.) ; discuteren (ww.) ; discussiëren (ww.) ; debatteren (ww.) ; daarover in gesprek te gaan (ww.) ; converseren (ww.) ; bespreken (ww.) ; bepraten (ww.) ; behandelen (ww.) ; bediscussiëren (ww.) ; aan de orde stellen (ww.) |
discuss | beredeneren ; van gedachten wisselen |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Wakefield genealogy pages; MWB; Vlietstra
Voorbeeldzinnen met `discuss`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: argueEN: contestEN: deliberateEN: disputeEN: questionEN: review