Vertaal
Naar andere talen: • brief > DEbrief > ESbrief > FR
Vertalingen brief EN>NL
not long; short: “a brief visit”
kort
a short statement of facts (especially in a lawsuit, of a client's case): “a lawyer's brief.”
ra asuma a
to give detailed instructions to (especially a barrister, group of soldiers etc): “The astronauts were briefed before the space mission.”
instrueren

'briefing (Zelfstandig naamwoord)

instructions and information: “The pilots were given a briefing before they left.”
instructies

'briefly (Bijwoord)

: “He told me briefly what he knew.”
kort

briefs (noun plural)

(used especially in shops) women's pants or men's underpants: “a pair of briefs.”
slipje, onderbroek

brevity (Zelfstandig naamwoord)

shortness (of speech, writing, time etc): “He is well known for the brevity of his speeches.”
kortheid, bondigheid

'briefcase (Zelfstandig naamwoord)

a light case for papers, made of leather etc: “a businessman's briefcase.”
aktentas

in brief

in a few words: “In brief, we have been successful.”
in het kort
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
to brief voorlichten (ww.) ; onderrichten (ww.) ; instrueren (ww.) ; inseinen (ww.) ; inlichten (ww.)
brief terloops ; voorbijgaand ; vluchtig ; vergankelijk ; samengevat ; kortstondig ; kort ; haastig ; eindig ; bondig ; beknopt ; summier ; opdracht
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Vlietstra


Voorbeeldzinnen met `brief`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: crisp
EN: ephemeral
EN: fast
EN: fleeting
EN: momentary
EN: passing
EN: quick
EN: short
EN: short and snappy
EN: short-lived

Uitdrukkingen en gezegdes
EN: hold a brief NL: een zaak behandelen (jur.) NL: belangen verdedigen
EN: in brief NL: kortom, in het kort