1. MWB
  2. Vertalen
  3. descend (EN>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • descend > DE • descend > ES • descend > FR
Vertalingen descend EN>NL

1 to go or climb down from a higher place or position: “He descended the staircase.”
afdalen

2 to slope downwards: “The hills descend to the sea.”
afhellen

3 (withon) to make a sudden attack on: “The soldiers descended on the helpless villagers.”
overvallen

de'scendant (Zelfstandig naamwoord)

the child, grandchild, great-grandchild etc of a person: “This is a photograph of my grandmother with all her descendants.”
afstammeling

de'scent (Zelfstandig naamwoord)

1 the act of descending: “The descent of the hill was quickly completed.”
afdaling

2 a slope: “That is a steep descent.”
helling

3 family; ancestry: “She is of royal descent.”
afkomst

be descended from

to be a descendant of.
afstammen van

the noun descendant ends in -ant (not -ent).

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
to descend naar beneden dalen (ww.) ; omlaagkomen (ww.) ; omlaaggaan (ww.) ; neerkomen (ww.) ; neerdalen (ww.) ; neer laten zakken (ww.) ; naar beneden lopen (ww.) ; naar beneden komen (ww.) ; naar beneden gaan (ww.) ; landen (ww.) ; dalen (ww.) ; afdalen (ww.)
descend afzakken ; zinken ; zakken ; wegzakken ; verzakken
Bronnen: interglot; Autowoordenboek; Wakefield genealogy pages


Voorbeeldzinnen met `descend`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: dive
EN: drop
EN: fall
EN: lower
EN: plummet
EN: plunge
EN: sink

Uitdrukkingen en gezegdes
EN: descend (up)on NL: overvallen