Vertalingen Zweifel DE>NL
der Zweifel
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈʦvaifəl] |
Verbuigingen: | Zweifels , Zweifel |
der Gedanke oder das Gefühl, wenn man nicht sicher ist, ob etw. gut, richtig oder zutreffend ist o. Ä. -
twijfel Plötzlich bekam er Zweifel an ihrer Aufrichtigkeit. - Plotseling twijfelde hij aan haar oprechtheid. Es gibt keinen Zweifel (daran), dass sie gelogen hat. - Er bestaat geen twijfel (daarover) dat zij heeft gelogen. Er ist ohne Zweifel der beste Mann für den Posten. - Hij is zonder twijfel de beste man voor de baan. |
etw. steht außer Zweifel (=) - buiten kijf
Seine Schuld steht außer Zweifel. - Zijn schuld staat buiten kijf.
|
etw. in Zweifel ziehen (=) - iets in twijfel trekken
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
Zweifel (mv.) | twijfels (mv.) |
der Zweifel | de aarzeling (v) ; de hapering (v) ; kink in de kabel (znw.) ; de twijfel (m) ; de twijfeling (v) ; de weifeling (v) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `Zweifel`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: bedenkenDE: schwankenDE: SchwankungDE: UnentschlossenheitDE: UngewißheitDE: UnsicherheitDE: ZaudernDE: ZwiespaltDE: Zögern