die Weite

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[ˈvaitə]
Verbuigingen:	Weite , Weiten

1) große räumliche Ausdehnung - uitgestrektheid

die Weite des Meeres / Weltalls - de uitgestrektheid van de zee / het heelal

2) die Größe einer Entfernung - afstand

die Weite eines Sprungs messen - de afstand van een sprong meten

3) große Entfernung von einem Punkt aus - verte

in die Weite schauen - in de verte kijken

4) Entfernung von einer Seite zur anderen - diameter

Rohre in verschiedenen Weiten - buizen in verschillende diameters Das Kleid passt in der Länge, aber nicht in der Weite. - De jurk past in de lengte maar niet in de omvang.

© K Dictionaries Ltd.

die Weite	de uitgebreidheid (v) ; de uitgestrektheid (v) ; de wijdte (v)
Weite	amplitude ; maximale uitwijking ; wijdte

Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; A.M.T.S.




DE: Abstand
DE: Ausdehnung
DE: Breite
DE: Distanz
DE: Entfernung
DE: Ferne
DE: Raumabstand
DE: Spannweite
DE: Strecke
DE: Zwischenraum

DE: das Weite suchen NL: op de loop gaan
DE: das Weite gewinnen NL: het open veld bereiken, in volle zee komen
DE: sich ins Weite verlieren NL: ver afdwalen