die Distanz

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[dɪs'tanʦ]
Verbuigingen:	Distanz , Distanzen

1) räumliche Entfernung - afstand

in einer Distanz von drei Metern - op een afstand van drie meter Der Mittelfeldspieler traf zweimal aus großer Distanz. - De middenvelder scoorde tweemaal van grote afstand.

2) reservierte Haltung - afstand

Distanz halten / wahren - afstand houden / bewaren

© K Dictionaries Ltd.

die Distanz

de afstand (m) ; de distantie (v) ; het eind ; het eindpunt

Bronnen: interglot; Wikipedia




DE: Abstand
DE: Beseitigung
DE: Eliminierung
DE: Entfernung
DE: Entfremdung
DE: Ferne
DE: Kluft
DE: Raumabstand
DE: Strecke
DE: Weite