Vertaal
Naar andere talen: • vorbeikommen > ENvorbeikommen > ESvorbeikommen > FR
Vertalingen vorbeikommen DE>NL

vorbeikommen

werkw.
Uitspraak:  [foːɐˈbaikɔmən]

1) auf dem Weg zu einem anderen Ziel irgendwohin kommen und dann weiterfahren o. Ä. - langskomen
Auf dem Rückweg kamen wir an einem schönen alten Bauernhaus vorbei. - Op de terugweg kwamen wij langs een mooie oude boerderij.

2) von etw. nicht gestoppt werden - langskomen
Fahren Sie bitte Ihren Wagen weg, ich komme sonst nicht vorbei. - Rijdt u alstublieft uw auto verder, ik kom er anders niet langs.

3) kurz besuchen - langskomen
Kommst du morgen Nachmittag auf einen Kaffee vorbei? - Kom morgenmiddag langs op de koffie?

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
vorbeikommen (ww.) aankomen (ww.) ; bezoeken (ww.) ; binnenwippen (ww.) ; iemand opzoeken (ww.) ; inlopen (ww.) ; langsgaan (ww.) ; langskomen (ww.) ; opzoeken (ww.) ; overwippen (ww.) ; voorbijkomen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `vorbeikommen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: auf Besuch gehen
DE: aufsuchen
DE: besuchen
DE: einen Besuch machen
DE: hereinschauen
DE: zu Besuch kommen