Vertalingen Tau DE>NL
I der Tau
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [tau] |
Verbuigingen: | Tau(e)s |
Feuchtigkeit, die die Luft im Freien in der Nacht abgibt meteorologie -
dauw Früh am Morgen sind die Wiesen feucht vom Tau. - 's Morgens vroeg zijn de weilanden nat van de dauw. |
II das Tau
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [tau] |
Verbuigingen: | Tau(e)s , Taue |
dickes Seil -
scheepstouw ein Schiff mit Tauen am Steg festmachen - een schip met touwen vastmaken aan de aanlegsteiger |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
das Tau | de dauw (m) ; scheepstouw (znw.) ; de sleeptros (m) ; de tau ; het touw ; het touwtje ; de tros (m) |
Tau | bindtouw ; dauw ; dooi ; kabel ; de kabel (m) ; lijn ; het touwwerk |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.; Diving dictionary
Voorbeeldzinnen met `Tau`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: BindfadenDE: DrahtDE: FadenDE: KabelDE: KabeltauDE: LeineDE: RauhreifDE: ReifDE: SchlepptauDE: Schlepptrosse