Vertaal
Naar andere talen: • ruinieren > ENruinieren > ESruinieren > FR
Vertalingen ruinieren DE>NL

ruinieren

werkw.
Uitspraak:  [ruiːˈniːrən]

1) zugrunde richten, vernichten - ruïneren , te gronde richten
Wenn das bekannt wird, ist er als Politiker ruiniert. - Toen dat bekend werd is hij als politicus ten onder gegaan.

2) schwer beschädigen, unbrauchbar machen - ruïneren
Der Schneematsch hat meine Schuhe ruiniert. - Het smurrie van gesmolten sneeuw met zand en zout heeft mijn schoenen geruïneerd.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
ruinieren (ww.) afbreken (ww.) ; bederven (ww.) ; in de war sturen (ww.) ; nekken (ww.) ; ruineren (ww.) ; slopen (ww.) ; verbrodden (ww.) ; vernielen (ww.) ; vernietigen (ww.) ; verprutsen (ww.) ; verwoesten (ww.) ; verzieken (ww.)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `ruinieren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: abbrechen
DE: abnehmen
DE: abtragen
DE: abwracken
DE: ausschalten
DE: demolieren
DE: erledigen
DE: fertig machen
DE: fertigmachen
DE: kaputtmachen