Vertalingen klappern DE>NL
klappern
werkw.
1) deel van de uitdrukking: 2) mehrmals ein kurzes, hart klingendes Geräusch machen -
klapperen Die Fensterläden klappern im Wind. - De raamluiken klapperen in de wind. vor Kälte mit den Zähnen klappern - door de kou met de tanden klapperen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
klappern (ww.) | klapperen (ww.) ; klepperen (ww.) ; kletteren (ww.) ; rammelen (ww.) |
klappern | klapperen |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `klappern`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: hackenDE: hin und her schlagenDE: hinkenDE: klingelnDE: klingenDE: klirrenDE: rasselnDE: ratternDE: rumpelnUitdrukkingen en gezegdes
DE: mit den Zähnen
klappern
NL: klappertanden