1. MWB
  2. Vertalen
  3. erfrischen (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • erfrischen > EN • erfrischen > ES • erfrischen > FR
Vertalingen erfrischen DE>NL

erfrischen

werkw.
Uitspraak:  [ɛɐˈfrɪʃən]

jemandem / sich bei Müdigkeit und / oder Hitze Frische verschaffen - op-/verfrissen
Die Pause hat ihn ein wenig erfrischt. - De pauze had hem een beetje opgefrist.
Ich möchte mich erst einmal mit einer kühlen Dusche erfrischen. - Ik wil me eerst met een verfrissende douche opfrissen.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
erfrischen (ww.) bijkomen (ww.) ; fleurig maken (ww.) ; in goede staat brengen (ww.) ; op adem komen (ww.) ; opfleuren (ww.) ; opfrissen (ww.) ; opknappen (ww.) ; renoveren (ww.) ; verfrissen (ww.) ; verkoelen (ww.) ; verkwikken (ww.) ; verlevendigen (ww.) ; verversen (ww.) ; zich opfrissen (ww.) ; zich opknappen (ww.) ; zich verfrissen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `erfrischen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: auffrischen
DE: aufkratzen
DE: aufmuntern
DE: ermuntern
DE: erneuern
DE: erquicken
DE: frisch machen
DE: innovieren
DE: neugestalten
DE: renovieren