Vertaal
Naar andere talen: • entbehren > ENentbehren > ESentbehren > FR
Vertalingen entbehren DE>NL

I entbehren

werkw.
Uitspraak:  [ɛntˈbeːrən]

1) ohne jemanden / etw. auskommen - ontberen
Wir können im Moment keinen unserer Mitarbeiter entbehren. - Wij kunnen ons momenteel geen van onze medewerkers ontberen.

2) deel van de uitdrukking:
uitdrukking etw. entbehrt einer Sache


II die Entbehrung

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ɛntˈbeːrʊŋ]
Verbuigingen:  Entbehrung , Entbehrungen

deel van de uitdrukking: ontbering
Während des Krieges war ihr Leben von Entbehrungen gekennzeichnet. - Gedurende de oorlog werd haar leven gekenmerkt door ontberingen.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
entbehren (ww.) gebrek hebben (ww.) ; gespeend zijn (ww.) ; ontberen (ww.) ; verstoken zijn (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `entbehren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: abgehen
DE: an etwas mangeln
DE: fehlen
DE: mangeln an
DE: vermissen