1. MWB
  2. Vertalen
  3. Aufnehmen (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • Aufnehmen > EN • Aufnehmen > ES • Aufnehmen > FR
Vertalingen Aufnehmen DE>NL

aufnehmen

werkw.
Uitspraak:  [ˈaufneːmən]

1) mit etw. anfangen - beginnen
Der Polizist nahm die Verfolgung des Diebes auf. - De politieagent begon met het achtervolgen van de dief.

2) von jemandem übernehmen und sich damit beschäftigen - overnemen
Lassen Sie mich Ihre Anregung aufnehmen und ... - Laat u mij uw voorstel overnemen en ...

3) Gastfreundschaft gewähren, eine Unterkunft bieten - opnemen
irgendwo freundlich aufgenommen werden - ergens vriendelijk worden ontvangen

4) in einer Organisation akzeptieren - opnemen
2004 wurde Polen in die EU aufgenommen. - in 2004 werd Polen in de EU opgenomen
Der Verletzte wurde stationär aufgenommen. - De gewonde werd klinisch opgenomen.

5) von einer Bank Geld leihen financieel - opnemen

6) auf einem Medium speichern - opnemen
Nimm mir die Sendung bitte auf, ich muss heute Abend weg. - Zou je de uitzending voor mij willen opnemen, ik moet vanavond weg.

7) auf bestimmte Weise darauf reagieren - opnemen
Wie hat sie die Nachricht aufgenommen? - Hoe heeft zij het bericht opgenomen?

8) geistig verarbeiten - opnemen
Ich habe zu viel auf die Prüfung gelernt, ich kann gar nichts mehr aufnehmen. - Ik heb teveel geleerd voor het tentamen, ik kan helemaal niets meer opnemen.

9) schriftlich festhalten - opmaken
Welcher Polizist hat die Anzeige aufgenommen? - Welke politieagent heeft de aangifte opgemaakt?

10) essen / fressen - innemen
Der Kranke muss dringend mehr Flüssigkeit aufnehmen. - De zieke moet hoognodig meer drinken.

11) deel van de uitdrukking:
uitdrukking es mit jemandem aufnehmen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
aufnehmen (ww.) consumeren (ww.) ; verbruiken (ww.) ; van start gaan (ww.) ; van plan zijn (ww.) ; starten (ww.) ; opsnappen (ww.) ; opslurpen (ww.) ; opslorpen (ww.) ; oprapen (ww.) ; oppikken (ww.) ; oppakken (ww.) ; opnemen in groter geheel (ww.) ; inlijven (ww.) ; incorporeren (ww.) ; in zich opnemen (ww.) ; gebruiken (ww.) ; beginnen (ww.) ; absorberen (ww.) ; aanvangen (ww.)
das Aufnehmen tapen (znw.) ; het opnemen
aufnehmen aan boord nemen ; weerstaan ; opnemen ; opmeten ; onthalen ; kuien ; grijpen ; concessie aanvragen ; assimileren ; aanvangen
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Omegawiki.org


Voorbeeldzinnen met `Aufnehmen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: absorbieren
DE: anfangen
DE: anheben
DE: anreißen
DE: ansammeln
DE: anschneiden
DE: ansprechen
DE: assimilieren
DE: auf Platte aufnehmen
DE: auf Tonband aufnehmen