Vertaal
Naar andere talen: • vorgehen > ENvorgehen > ESvorgehen > FR
Vertalingen vorgehen DE>NL

I vorgehen

werkw.
Uitspraak:  [ˈfoːɐgeːən]

1) in einer bestimmten Art und Weise handeln - te werk gaan
In dieser Angelegenheit mussten sie vorsichtig vorgehen. - Bij deze aangelegenheid moesten zij voorzicht te werk gaan.

2) geschehen, sich ereignen - gebeuren
Was geht hier vor? - Wat gebeurt er hier?
Dort gehen seltsame Dinge vor. - Daar gebeuren rare dingen.

3) nach vorne gehen - naar voren gaan
Der Schüler stand auf und ging vor an die Tafel. - De leerling stond op en liep naar het bord.

4) früher irgendwohin gehen als jemand anderes - eerst gaan
Geh du schon mal vor, ich komme dann nach. - Ga jij maar eerst, ik kom daarna.

5) eine spätere Zeit anzeigen, als eigentlich ist - voorlopen
Die Uhr geht eine Stunde vor. - De klok staat een uur voor.


II das Vorgehen

zelfst.naamw.
Verbuigingen:  Vorgehens

deel van de uitdrukking: aanpak , handelwijze
Die Schüler waren mit dem Vorgehen des Lehrers nicht einverstanden. - De leerlingen waren het met de aanpak van de leraar niet eens.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
vorgehen (ww.) handelen (ww.) ; leven (ww.) ; manipuleren (ww.) ; opereren (ww.) ; optreden (ww.) ; procederen (ww.) ; te werk gaan (ww.) ; voorrang hebben (ww.) ; werken (ww.)
das Vorgehenhet aanvoeren ; de aanvoering (v) ; de leiding (v) ; op komen zetten (znw.) ; het oprukken ; het voorgaan
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `vorgehen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: arbeiten
DE: etwas tun
DE: funktionieren
DE: handeln
DE: in Aktion treten
DE: Leitung
DE: operieren
DE: Schritte unternehmen
DE: Spitze
DE: tun

Uitdrukkingen en gezegdes
DE: vor sich gehen NL: gebeuren, zich afspelen
DE: rücksichtslos vorgehen NL: meedogenloos optreden
DE: die Uhr geht vor NL: de klok loopt voor