Mahl - Vertaling Duits-Nederlands

Naar andere talen: • Mahl > EN • Mahl > ES • Mahl > FR

Vertalingen Mahl DE>NL

das Mahl

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[maːl]
Verbuigingen:	Mahl(e)s , Mahle , Mähler

1) festliche Gelegenheit, bei der gemeinsam gegessen wird - feestmaal

ein Festmahl veranstalten - een feestmaal bereiden
zum Hochzeitsmahl geladen sein - uitgenodigd zijn voor het feestmaal op de bruiloft

2) deel van de uitdrukking: maaltijd

ein bescheidenes Mahl zu sich nehmen - een bescheiden maaltijd tot zich nehmen
Nachtmahl - avondmaal

Overige bronnen

das Mahl

het maal ; de maaltijd (m)

Bron: Wikipedia

Voorbeeldzinnen met `Mahl`

Voorbeeldzinnen laden....

Synoniemen

DE: Abendessen
DE: Abendmahl
DE: Abendmahlzeit
DE: Diner
DE: Essen
DE: Frühstück
DE: Lunch
DE: Mahlzeit
DE: Mittagessen
DE: Mittagsmahl