Frühstück - Vertaling Duits-Nederlands

Vertalingen Frühstück DE>NL

I das Frühstück

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[ˈfryːʃtʏk]
Verbuigingen:	Frühstück(e)s , Frühstücke

die erste Mahlzeit des Tages - ontbijt

Was gibt es zum Frühstück? - Wat eten we voor het ontbijt?
Frühstücksbüffet - ontbijtbuffet

werkw.

Uitspraak:

[ˈfryːʃtʏkən]

deel van de uitdrukking: ontbijten

ein Müsli frühstücken - muesli eten als ontbijt
Hast du schon gefrühstückt? - Heb je al ontbeten?

Overige bronnen

das Frühstück

de koffiemaaltijd (m) ; de lunch (m) ; het ontbijt

Bronnen: interglot; Trueterm

Voorbeeldzinnen met `Frühstück`

Voorbeeldzinnen laden....

Synoniemen

DE: Abendessen
DE: Abendmahl
DE: Abendmahlzeit
DE: Diner
DE: Essen
DE: Lunch
DE: Mahl
DE: Mahlzeit
DE: Mittagessen
DE: Mittagsmahl