1. MWB
  2. Vertalen
  3. Macht (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • Macht > EN • Macht > ES • Macht > FR
Vertalingen Macht DE>NL

die Macht

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [maxt]
Verbuigingen:  - , Mächte

1) die Möglichkeit oder Fähigkeit, zu beeinflussen oder bestimmen, was geschieht oder jemand tut - macht
Macht über jemanden haben - macht over iemand hebben
Das liegt nicht in meiner Macht. - Dat hoort niet tot mijn mogelijkheden.

2) die Macht, einen Staat zu regieren poliek - macht
die Macht ergreifen - de macht grijpen
Der Präsident ist vor vier Jahren an die Macht gekommen. - De president is vier jaar geleden aan de macht gekomen.

3) einflussreicher Staat poliek - grootmacht
die Großmacht USA - de grootmacht USA
Westmächte - westelijke mogendheden

4) der große Einfluss, den etw. auf jds Entscheidungen ausübt - macht
die Macht der Gewohnheit / Liebe - de macht der gewoonte / liefde

5) geheimnisvolle Kraft oder übersinnliches Wesen - kracht
Dunkle Mächte sind hier am Werk! - Duistere krachten zijn hier aan het werk!
an eine höhere Macht glauben - in een hogere kracht geloven

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
die Machtde autoriteit (v) ; het gezag ; de heerschappij (v) ; de invloed (m) ; de kracht ; de macht (v) ; de mogendheden ; de mogendheid (v) ; de overheidsinstelling (v) ; het overheidslichaam ; het vermogen
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `Macht`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: ansehen
DE: Arbeitskraft
DE: Beeinflussung
DE: Einwirkung
DE: Herrschaft
DE: Kraft
DE: Obrigkeit