Vertalingen Hinken DE>NL
hinken
werkw.
ein verletztes oder gelähmtes Bein nachziehen -
hinken , mank lopen Seit seinem Unfall hinkt er auf dem rechten Bein. - Sinds het ongeval hinkt hij met het rechter been. Er wurde gefoult und hinkte vom Spielfeld. - Hij werd onderuit gehaald en hinkte van het speelveld. |
Der Vergleich hinkt. (=der Vergleich passt nicht) - vergelijking gaat mank
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
hinken (ww.) | dartelen (ww.) ; hinkelen (ww.) ; hinken (ww.) ; huppelen (ww.) ; kletteren (ww.) ; kreupel lopen (ww.) ; mank lopen (ww.) ; mankgaan (ww.) ; rammelen (ww.) |
Hinken | claudicatie ; manken |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Hinken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: ein Bein nachziehenDE: hackenDE: humpelnDE: klappernDE: klingelnDE: klingenDE: klirrenDE: lahm gehenDE: lahm seinDE: lahmen