Vertaal
Naar andere talen: • glucksen > ENglucksen > ESglucksen > FR
Vertalingen glucksen DE>NL
glucksen (ww.) klokken (ww.) ; wauwelen (ww.) ; schateren (ww.) ; proesten (ww.) ; ontevreden mompelen (ww.) ; murmeren (ww.) ; morren (ww.) ; lallen (ww.) ; lachen (ww.) ; klokgeluidjes maken (ww.) ; kabbelen (ww.) ; hikken (ww.) ; grinniken (ww.) ; grijnzen (ww.) ; glimlachen (ww.) ; de hik hebben (ww.) ; bazelen (ww.)
glucksende luidruchtig grinnikken, verkneukelen (m)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `glucksen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: brabbeln
DE: den Schluckauf haben
DE: faseln
DE: glucken
DE: gluckern
DE: grinsen
DE: gurgeln
DE: heraussprudeln
DE: kaudern
DE: kichern