1. MWB
  2. Vertalen
  3. Gebirge (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • Gebirge > EN • Gebirge > ES • Gebirge > FR
Vertalingen Gebirge DE>NL

I das Gebirge

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [gəˈbɪrgə]
Verbuigingen:  Gebirges , Gebirge

Gruppe von Bergen geografie - gebergte
Am Wochenende fahren wir ins Gebirge. - In het weekend rijden wij naar de bergen.
Die Alpen sind das höchste Gebirge Europas. - De Alpen is het hooggebergte in Europa.


II gebirgig

bijv.naamw.
Uitspraak:  [gəˈbɪrgɪç]

deel van de uitdrukking: bergachtig

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
das Gebirgede bergketen ; het gebergte
Gebirge berggebied ; bergketen ; gesteentemassief ; massief
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `Gebirge`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: Berg
DE: Bergkette
DE: Gebirgskette
DE: Gebirgszug
DE: Kap
DE: Vorgebirge