Vertalingen Einrichtung DE>NL
die Einrichtung
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈainrɪçtʊŋ] |
Verbuigingen: | Einrichtung , Einrichtungen |
1) Möbel, Teppiche usw. -
inrichting eine neue Büroeinrichtung anschaffen - een nieuwe kantoorinrichting kopen Einrichtungsgegenstand - iets om de woning in te richten |
2) ein Betrieb, der öffentliche Aufgaben erfüllt -
instelling , inrichting Dieser Kindergarten ist eine kirchliche Einrichtung. - Deze kleuterschool is een kerkelijke instelling. Forschungseinrichtung - onderzoeksinstelling |
3) das Einrichten -
instellen , inrichten die Einrichtung eines Notdienstes - het instellen van een alarmdienst Wer übernimmt die Einrichtung der neuen Geschäftsräume? - Wie neemt de inrichting van de nieuwe bedrijfsruimte over? |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
die Einrichtung | de rangschikking (v) ; krankzinnigeninrichting (znw.) ; het lichaam ; het merkteken ; het onderscheidingsteken ; de opstelling (v) ; de ordening (v) ; de organisatie (v) ; psychiatrische inrichting (znw.) ; het krankzinnigengesticht ; de schikking (v) ; toestel ; de verpleging (v) ; de versiering (v) ; de verzorging (v) ; de voorziening ; de zorg ; het kenteken ; het instituut ; de instelling (v) ; de instantie (v) ; de inrichting (v) ; de indeling (v) ; gesticht (znw.) ; het gekkenhuis ; dolhuis (znw.) ; de decoratie (v) ; het arrangement ; apparaat ; de aankleding (v) |
Einrichtung | inrichting ; uitrusting ; nutsbedrijf |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Einrichtung`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: AbzeichenDE: AmtDE: AnlageDE: AnordnungDE: AnstaltDE: ApparatDE: ApparaturDE: ArrangementDE: AufstellungDE: Ausstattung