Vertaal
Naar andere talen: • decken > ENdecken > ESdecken > FR
Vertalingen decken DE>NL

decken

werkw.
Uitspraak:  [ˈdɛkən]

1) befriedigen - dekken
Eine ausgewogene Ernährung deckt in der Regel den Vitaminbedarf. - Een uitgebalanceerde voeding voorziet gewoonlijk in de behoefte van vitaminen.

2) finanziell sichern - dekken
Der Schaden ist durch die Versicherung gedeckt. - De schade wordt niet door de verzekering gedekt.

3) zum Schutz o. Ä. auf jemanden / etw. legen - dekken
eine Decke über einen Verletzten decken - een deken over de gewonde leggen

4) mit Ziegeln o. Ä. bedecken - dekken
ein mit Stroh gedecktes Dach - een rieten dak

5) vor dem Essen Geschirr usw. daraufstellen - dekken
Würdest du bitte schon mal den Tisch decken? - Zou jij de tafel eens willen dekken?
ein festlich gedeckter Tisch - een feestelijk gedekte tafel

6) helfen, eine nicht erlaubte Tat zu verheimlichen - dekken
einen Komplizen decken - een medeplichtige dekken
Ihm wird vorgeworfen, den Betrug gedeckt zu haben. - Er wordt hem verweten het bedrog te hebben verdoezeld.

7) daran hindern, ein Tor zu erzielen sport - dekken
Du musst den Stürmer decken! - Je moet de aanvaller dekken!

8) als männliches Tier seinen Samen in ein weibliches Tier bringen biologie - dekken
eine Stute decken lassen - een hengst laten dekken
Deckhengst - dekhengst

9) nicht durchscheinend sein - dekken
Die Farbe deckt schlecht; wir müssen die Wand noch einmal streichen. - Die kleur dekt slecht; we moeten de muur nog eens verven.

10) keine (großen) Unterschiede aufweisen - overeenkomen, dekken
Meine Auffassung deckt sich weitgehend mit seiner. - Mijn opvatting komt grotendeels overeen met die van hem.
Die Aussagen der Zeugen decken sich. - De uitspraken van de getuigen komen overeen.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
decken (ww.) afdekken (ww.) ; afruimen (ww.) ; congruent zijn (ww.) ; kloppen (ww.) ; opruimen (ww.) ; overeenstemmen (ww.)
das Decken dakdekken (znw.) ; het dekken
decken bedekken ; dekken ; dekking ; inrollen ; maskeren ; sprong ; verbergen
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `decken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: abblenden
DE: abdecken
DE: abmontieren
DE: abnehmen
DE: abschirmen
DE: abziehen
DE: Anstellen
DE: aufhellen
DE: ausverkaufen
DE: bedecken

Uitdrukkingen en gezegdes
DE: sich decken NL: overeenstemmen