das Buch

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[buːx]
Verbuigingen:	Buch(e)s , Bücher

1) umfangreicher, gedruckter Text mit festem Einband - boek

ein Buch lesen / schreiben - een boek lezen / schrijven

das Goldene Buch (=großes Buch, in das sich Gäste eintragen) - het gastenboek

reden wie ein Buch (=ununterbrochen reden) - onophoudelijk praten

wie es im Buche steht (=ganz typisch) - typisch

2) Aufstellung der Einnahmen und Ausgaben eines Betriebes ^economie - boekhouding

über die Ausgaben Buch führen - de uitgaven in de boekhouding bijhouden etw. in die Bücher eintragen - iets in de boekhouding registreren

© K Dictionaries Ltd.

das Buch	de band (m) ; het boek ; de boekmaag (m) ; het boekwerk
Buch	boek ; boek papier ; book

Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.




DE: Armband
DE: Band
DE: Bildband
DE: Bindung
DE: Einband
DE: Enzyklopädie
DE: Fachbuch
DE: Halsband
DE: Handbuch
DE: Kinderbuch

DE: die Bücher führen NL: de boeken bijhouden, boekhouden
DE: wie es im Buche steht NL: volgens het boekje, zoals het behoort
DE: zu Buch schlagen NL: tellen, zwaar wegen