Vertalingen ablassen DE>NL
ablassen
werkw.
1) aus etw. herausströmen lassen -
vrijlaten Der Tanker musste Öl ins Meer ablassen. - De tanker moest olie in de zee lozen. |
2) deel van de uitdrukking: von etw. ablassen (=etw. aufgeben) - opgeven
von einer Gewohnheit / einem Plan nicht ablassen - een gewoonte / een plan niet opgeven
|
von jemandem ablassen (=aufhören, jemanden zu schlagen, quälen o. Ä.) - iemand met rust laten
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
ablassen (ww.) | aflaten (ww.) ; lossen (ww.) ; ophouden (ww.) ; uitladen (ww.) |
das Ablassen | het laten zakken ; het lozen ; neerlaten (znw.) ; het spuien |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `ablassen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: abgebenDE: ableitenDE: abwindenDE: ausladenDE: entladenDE: Senkung