Vertalingen zuinig NL>FR
zuinig
bijv.naamw.
1) als je weinig geld uitgeeft -
économe zuinig leven - vivre économiquement |
zuinig zijn op (=voorzichtig zijn met (iets)) - ménager
|
2) (van iets) als het weinig van iets verbruikt -
économique een zuinige motor - un moteur économique |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
zuinig | de façon économe ; avare ; économe en carburant ; frugal ; pincé |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `zuinig`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: dorNL: economischNL: lekNL: nauwNL: sipNL: smalNL: soberNL: spaarzaamNL: uitgedroogdNL: voordelig